LEVEN AAN ZEE (test)

 

1. De plaats op het strand waar veel schelpen en wieren te vinden zijn noemen we...
duinen
branding
vloedlijn


2. Wat is geen kenmerk van een steltloper?
Ze hebben een lange gevoelige snavel.
Ze hebben zwemvliezen tussen hun tenen.
Ze waden door het water en de modder.


3. De zeehond eet voornamelijk vis, maar ook _______ en garnalen.
vlees
andere zeehonden
schaaldieren


4. De planten helmgras/zeekraal hebben een fijn wortelgestel.
Waar
Niet waar
/


5. Als het water wegtrekt, drogen de bladeren van de zeekraal vlug uit.
Waar
Niet waar
/



Score =

Correcte antwoorden:

VORIGE