3. Vondsten in de vloedlijn

 

De plaats tot waar het hoogtij komt vormt een strook van aangespoeld materiaal. Schelpen, krabben,... Alles kan je daar vinden.

 

- Wat doen jullie zoal met schelpen?

- Waar vinden jullie de meeste schelpen?

- Kennen jullie de namen van enkele schelpen?

- Wat is een schelp eigenlijk?

 

 

Bekijk oefening drie (vondsten in de vloedlijn) en vul aan met de determinatietabel of bronnenboek p.68 nr.3. Op de toontafel liggen schelpjes, probeer er eens enkele van te onderzoeken.

 

5. De zeehond

 

Aan onze Belgische kust kan je af en toe wel eens een zeehond tegenkomen. Deze zijn vrij schuw en houden zich dus graag op een afstandje. Af en toe komt er eentje op het strand. Dit wil zeggen dat hij erg zwak is. SeaLife komt dan ter hulp en probeert het dier er weer bovenop te krijgen.

 

Zoek op het internet wat info over de zeehond en vul zo de identiteitskaart in de werkkatern aan.

 

- http://nl.wikipedia.org/wiki/Gewone_zeehond

- http://www.beesies.nl/animals/zeehond.htm

- http://www.worldexplorer.be/gewone_zeehond.htm

- Op de toontafel ligt ook nog een infofiche die je eventueel
   kan gebruiken.

 

 

6. De zeekraal

 

Naast dieren zijn er ook planten op het strand.
- Welke planten zie je zo al?

- Waarom zijn er zo weinig planten?

- Waar moeten de planten tegen bestand zijn?

- Hoe passen de planten zich aan?

 

Op de toontafel ligt een typische plant die aan zee voorkomt: zeekraal. Onderzoek de plant met al je zintuigen. Lees de tekst 'Planten op het strand en in de duinen' (p. 69) en vul oefening 6 in.